Ik zit aan de rand van het zwembad als mijn telefoon gaat. Maurits. Die belt me zelden wanneer hij aan het werk is, dus als hij belt neem ik aan dat ie iets te vertellen heeft. "Het is goedgekeurd, we hebben onze PR". Permanent Residency. Goh. Ik ben er even stil van.
Veel buitenlanders in onze omgeving blijken richting Australië te vertrekken met als doel de status van permanent resident te bemachtigen. Je begint met een gesponsord zaken visum. Een 457 Subclass. Na twee jaar kom je in aanmerking voor een permanent residence visum. Weer twee jaar later kun je een aanvraag voor citizenship doen.
Wij wisten aanvankelijk niet eens dat het bestond. Een jaar of drie, hooguit vier was en is het plan en dat kwam precies overeen met de duur van het zaken visum. Maar door een wijziging in het belastingstelsel dit jaar zag ons financiële plaatje er niet meer zo gunstig uit als voorzien. Een permanent residence visum, waarbij we in aanmerking zouden komen voor bepaalde subsidies zoals voor kinderopvang, zou de zaak weer rechttrekken.
Het bleek nog een hele toestand met medische testen, een taaltest, verklaringen van goed gedrag vanuit de landen waarin we in de afgelopen tien jaar meer dan een jaar gewoond hebben, informatie over familie in Nederland, een overzicht van landen die we in de afgelopen 10 jaar bezocht hebben (met tijdsindicatie), referenties en nog meer referenties. En een slordige tienduizend dollar, die gelukkig door M's werkgever betaald werd.
Ik bekijk het visum en lees de begeleidende email van de advocaat die dit voor ons geregeld heeft. Citizenship blijkt een eitje: kunnen we over twee jaar gewoon online aanvragen. Daarna kunnen we wonen waar we willen, maar zijn ten alle tijden welkom in Australië.
Ik kijk naar de kinderen die zich concentreren op hun freestyle.
Ze hebben geen idee dat wij zojuist een golden ticket voor ze geregeld hebben.